- blog on e-Onomastics - digital onomastics - e-Science about proper names
- blogue sur e-Onomastique - onomastique numérique - e-Science sur les noms propres
- Blog über e-Onomastik - digitale Onomastik - e-Wissenschaft über die Namenkunde
- блог по oномастике
Deze week ontvingen we het bericht dat de naamkundige Rob Rentenaar, die jarenlang hoofd is geweest van de afdeling Naamkunde van het Meertens Instituut, in Denemarken is overleden. Voor de oudgedienden in de naamkundige kring kwam dit bericht onverwacht. Na zijn pensionering in 2000 heeft hij zich definitief in het land van zijn vrouw, de Deense naamkundige Vibeke Dalberg, gevestigd. Nauwlettend hield hij zich via de google group van het Netwerk Naamkunde nog op de hoogte van wat er in Nederland speelde en liet tot voor kort nog per e-mail van zich horen. Eertijds fietste hij energiek voor zijn veldwerk heel Nederland door. Onbewust gingen we ervan uit dat hij tot in lengte der dagen over onze schouders zou meekijken. Menigeen zal Rob herinneren als een glunderende levensgenieter die in Vibeke zijn grote liefde had gevonden (op een naamkundecongres!). “Mijn geliefde man en beste vriend” staat er in de annonce en zó was het voor Vibeke.
Rob Rentenaar is nog van de dagen van Meertens, Blok en Voskuil - hij kwam in 1961 als student-assistent bij het Instituut. In 1964 werd de afgestudeerde historicus wetenschappelijk ambtenaar bij de afdeling Naamkunde en Nederzettingsgeschiedenis, waarvan hij vervolgens de leiding kreeg. Onder het directeurschap van D.P. Blok was deze afdeling een volwaardige poot van het instituut.
Rob Rentenaar promoveerde in 1984 op het onderwerp Vernoemingsnamen in de toponymie. In 1995 werd Rob benoemd tot bijzonder hoogleraar Naamkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Internationaal had hij inmiddels ook aan de weg getimmerd en in 1996 werd hij als president gekozen van de International Council of Onomastic Sciences. Hij kon echter niet voorkomen dat Naamkunde in de Nederlandse academische wereld steeds verder in de marge werd gedrongen. Bij zijn afscheid van het Meertens Instituut in 2000 was Naamkunde al geen zelfstandige afdeling meer.
Het spreekt dat die neerwaartse ontwikkeling hem niet in de koude kleren is gaan zitten. Hij relativeerde zelf echter de aandacht voor zijn vakgebied. Schamper merkte hij op dat van al zijn publicaties de wie-is-wie-index op Het Bureau veruit het meest gelezen is. Zijn humoristische gemoed liet vaker een sarcastische ondertoon doorklinken. Scherpzinnig bleef hij zijn commentaar leveren. Een van zijn laatste wapenfeiten in Nederland leidde onbedoeld tot een schandaal. Als lid van de Adviescommissie voor aardrijkskundige namen in Nederland sprak hij zich intern uit over de nieuwe gemeentenaam bij de fusie van Sassenheim, Voorhout en Warmond:
"Wat de naamgeving betreft van de nieuwe gemeente die ontstaat na de samenvoeging van Warmond, Voorhout en Sassenheim ben ik van mening dat wij erop moeten aandringen dat men voor de vorm Teilingen zal kiezen, aangezien deze met de huidige spellingconventies overeenstemt. Een combinatie -ey- komt in het huidige Nederlands niet meer voor en kan elders in het land alleen maar tot verwarring aanleiding geven. Ik vrees evenwel dat het kapsonesgevoel in de bewuste plaatsen de overhand zal krijgen over het gezonde verstand, wat er toe zal leiden dat we toch met de vorm Teylingen zullen worden opgescheept."
Hij kreeg gelijk, te meer omdat zijn opmerking gelekt was en zijn vrees voor het kapsonesgevoel van de raadsleden in het Leidsch Dagblad breed werd uitgemeten: “Dat de gemeente de naam met 'ey' wil spellen, duidt alleen maar op kapsones, aldus een van de adviseurs van het Meertens Instituut [sic!]. [...] Fractievoorzitter Van der Steur van de VVD ziet Teylingen na dit advies als een geuzennaam waarvan hij geen afstand meer wil doen.”
Met Rob is een van de laatste allround specialisten van een fascinerend vakgebied heengegaan, waarin onder andere taalkunde, letterkunde, geografie en geschiedenis samenkomen.
Die Nachricht vom Tod des niederländischen Namenforschers Rob Rentenaar trifft den Kreis der Namenforscher völlig unerwartet. Gewiss werden alle, die Rob Rentenaar kannten, erwartet haben, ihn spätestens auf dem nächsten ICOS-Kongress in gewohnter Munterkeit wiederzusehen. So ist die Betroffenheit sehr groß.
Rob Rentenaar war praktisch sein gesamtes Berufsleben lang mit dem P. J. Meertens-Instituut van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen in Amsterdam verbunden, in das er 1961 als studentischer Assistent eintritt, zunächst mit volkskundlichen Arbeiten betraut. Doch schnell wird er in die Abteilung „Namenkunde und Siedlungsgeschichte“ übernommen, der er 39 Jahre lang treu bleibt und aus der heraus er durch sein Wirken und seine Publikationen seinen Ruf als gewissenhafter und anregender Namenforscher im In- und Ausland begründet und festigt. Internationale Anerkennung erfährt Rob Rentenaar durch seine toponymische Dissertation über „Nachbenennungsnamen“ (Robert Rentenaar: Vernoemingsnamen. En onderzoek na de rol van de vernoeming in de nederlandse toponymie. 1. Aufl. Amsterdam 1984, 2. Aufl. Amsterdam 1985) und durch seine Arbeiten über die Namen an Küsten (Die litorale Toponymie Nordwesteuropas, in: Niederdeutsches Jahrbuch 114, 1991, 89-107). Im Internationalen Handbuch zur Onomastik Namenforschung (Berlin-New York 1995/1996) ist er mit drei umfangreichen Artikeln vertreten: Namenforschung in den Niederlanden und in Flandern (Bd. I, 52-62), Niederländische Namen (Bd. I, 778-781) und Namen im Sprachaustausch: Toponymische Nachbenennung (Bd. II, 1013-1018). Von 1996 bis 1999 war er Präsident des International Council of Onomastic Sciences (ICOS). In den letzten Jahren vor seinem Ausscheiden aus dem Meertens-Instituut im Jahr 2000 widmete sich Rentenaar auch zunehmend der Personennamenforschung, was u.a. in der unter seiner Anleitung entstandenen Dissertation von Doreen Gerritzen (Voornamen. Onderzoek naar een aantal aspecten van naamgeving in Nederland, Amsterdam 1998) zum Ausdruck kam. Leider musste er zugleich erfahren, wie die Namenforschung in seinem Institut wie in den Niederlanden überhaupt zunehmend an den Rand gedrängt wurde. Bei seiner Pensionierung gab es schon keine selbstständige Abteilung „Namenkunde“ mehr im Meertens-Instituut. Inzwischen musste auch die Zeitschrift Naamkunde, deren Redaktion er bis zum Jahr 2000 angehörte, ihr Erscheinen einstellen.
Der Ruf an die Universität Amsterdam, der 1995 an ihn erging, mag ihn über diese Entwicklung zumindest etwas getröstet haben. Der Titel seiner Antrittsvorlesung ist bemerkenswerterweise dem monumentalen Werk Friedrich August Potts über die Personennamen aus dem Jahr 1853 entnommen: „Freilich, das Studium der Eigennamen ist nicht leicht.“ Die letzten Jahre seines Lebens verbrachte Rob Rentenaar fern von seiner langjährigen Wirkungsstätte an der Seite seiner Frau, der Namenforscherin Vibeke Dalberg, in Dänemark, ohne doch den Kontakt zur holländischen Onomastik aufzugeben.
Mit Rob Rentenaar ist „einer der letzten Allround-Spezialisten“ unseres faszinierenden Fachs von uns gegangen, schreibt Leendert Brouwer in seinem Nachruf. Darüber hinaus war Rob Rentenaar ein dem Leben zugewandter und humorvoller Mensch: Sein meistgelesenes Werk, meinte er einmal, sei der von ihm verfasste „Who Is Who-Index“ zu dem sogar ins Deutsche übersetzten Schlüsselroman über das Meertens-Instituut Het Bureau – in dem er natürlich auch selbst eine Rolle spielt.
Title The Name Therapist: How Growing Up with My Odd Name Taught Me Everything You Need to Know About Yours
Author Duana Taha
Publisher Random House Canada
Pages 359
Price $32
Duana Taha, a self-styled “name therapist” obsessed with how given names are bestowed and how they shape our destinies, is reassuringly confident that children growing up in today’s culturally sensitive society are unlikely to be tormented for being blessed – and cursed – with an unusual handle.
This, trust me, wasn’t remotely the case in the classrooms and playgrounds of St. Catharines, Ont., in the 1960s. Five decades later, I can still summon a dim echo of the schoolyard taunt: “Hey, look, it’s Vit, Vit with the smelly feet.” It didn’t matter that my feet weren’t particularly malodorous by eight-year-old-boy standards. What mattered was the peculiarity of my Czech name and its potential for rhyme and ridicule. The many Bobs among my cohort were not similarly maligned as slobs or snobs, nor were the several Johns routinely reminded that their name was slang for a venue where bodily waste is discharged.
Back then, something as simple as the regular teacher’s absence from school was enough to guarantee an unhappy start to a given day. Attendance in hand, the substitute would confidently recite the litany of Bills, Dannys, Janes and Stephanies until that dreaded moment when she reached the last name on the alphabetical list, her face suddenly clouding over with uncertainty or, worse, incredulity. “Vit?” she’d venture tentatively, rhyming my name with “twit.” “It’s Veeeeeeeeet,” one of my classmates would interject, to a chorus of guffaws. “Oh!” the substitute would burble, as I reluctantly emerged from under the desk to acknowledge my presence. “So you’re a boy.” Yeesh.
Too late to benefit yours truly, Duana Taha’s The Name Therapist: How Growing Up with My Odd Name Taught Me Everything You Need to Know About Yours is loaded with helpful advice, including “Tips for Surviving Elementary School with a Weird Name.” Apparently, I should have seized the opportunity to blurt out my name during the substitute teacher’s moment of hesitation, thereby sparing both of us unnecessary embarrassment. Sounds sensible.
Taha, a screenwriter and contributor to the website LaineyGossip.com, clearly knows of what she writes. Not only has she apparently spent most of her life closely studying names, as well as advising couples on how to go about choosing an appropriate name for their impending offspring, her own name, Duana (DEW-anna), has prompted a lifetime of mispronunciations, queries and misconceptions. Duana, to dispel the most persistent, is a rare Gaelic name. It is not the feminized version of Duane.
The Name Therapist, blending personal autobiography with a measure of research and an abundance of anecdotal observation, covers its topic from every conceivable angle, from thinking twice before dutifully naming your child after his or her grandparents to a list of names associated with strippers. Be advised: If you name your daughter Tiffany, don’t be surprised if her future workplace comes equipped with a pole. Whereas if you go with Matt, expect your son to become a “soft-spoken and sensitive” young adult.
Many of the author’s experiences about living with a peculiar name rang true for me, at least anecdotally. I’m eons past the chagrin I suffered as a child, but I, too, have occasionally resorted to an alias in coffee bars and other places where customers’ names are hollered by wait staff. If you must know, it’s “Steve.”
But the book relies heavily on what might be called pop sociology, some of it leading to unconvincing conclusions, including suggestions that certain names are likely to produce particular personalities. Taha, for example, hasn’t met an Adam who wasn’t enigmatic. Not sure “enigmatic” is the adjective I’d use to describe any of the Adams I’ve personally known or, for that matter, the famous one whose surname is Sandler. When Taha offers the qualifier that there are exceptions to every rule, a reader might logically demur: Wait, what rule? Since when is it a rule that Cheryls are invariably competent? One of Taha’s sources claims it’s “hard to imagine a serial killer named David.” How about David Berkowitz, Son of Sam? It was the first serial killer that popped into my head. Must be one of those pesky exceptions to the rule.
That said, Taha’s enthusiasm for her subject is palpable and even, at times, infectious. Expecting parents might want to consult the appendix on “how to name a baby in five simple steps.” The fourth of these advises not to shy away from choosing an unusual name. These days, when our playgrounds resound with exotic monikers, that’s probably safe advice. Besides, preferences change. My then eight-year-old son, growing up at a time when the name Bob had long since receded from fashion, once overheard me refer to a colleague of that name. “Bob?” my son burst into laughter. “You mean like ‘bob for apples?’” The hilarity was largely lost on me, but there was little doubt Bob was the funniest name he’d ever heard.
Le 1 juin 2016, à quinze heures, se tiendra une première réunion commune et extraordinaire de la Société française d’héraldique et de sigillographie et de la Société française d’onomastique. Aprés une présentation par les présidents des deux sociétés, Michel Pastoureau et Michel Tamine, il y aura une conférence proposée par Nicolas Vernot, docteur en Histoire de l’EPHE, secrétaire général de l’AIH (Académie internationale d’héraldique) : Entre héraldique et onomastique, repenser les armoiries parlantes.
La présentation
Voici la présentation de la communication de Nicolas Vernot:
“S’il est un domaine où onomastique et héraldique convergent, c’est bien celui des armoiries parlantes. Ainsi sont désignées les armoiries dont le contenu tire son inspiration du nom de leur porteur : le lion de la ville de Lyon, les maillets des Mailly n’ont pas d’autre origine. Si ce type de construction est présent depuis le Moyen Age, sa fréquence augmente en même temps que l’usage des armoiries se répand dans la société, à tel point qu’au moins un tiers des armoiries composées au 17e siècle est parlant. Plus nombreuses, les armoiries parlantes font assaut d’astuce et d’inventivité pour mettre en valeur le nom qui leur est associé : dans un contexte de compétition sociale intense d’où la vanité n’est pas toujours absente, on s’efforce de favoriser les associations d’idées les plus flatteuses. Mais tous les patronymes ne jouissent pas du même prestige : certains évoquent l’ancêtre mal-né, d’autres heurtent la bienséance, ou, pire encore, sont soupçonnés de porter malheur… Comment les armoiries sont-elles mises à contribution pour détourner les patronymes connotés négativement ? Plus largement, quels liens sémantiques sont établis entre le nom et les armes, et dans quels buts ? Cette conférence sera l’occasion d’interroger non seulement le rôle social de ces deux éléments fondamentaux de l’identité familiale, mais également les représentations qui leur sont associées, tout particulièrement sous l’Ancien régime.”
L’accès à cette manifestation
L’accès à cette manifestation est libre, mais dans la limite des places disponibles dans la “Salle d’albâtre” des Archives nationales. Nous nous permettons donc de vous demander de bien vouloir confirmer votre présence pour le cas où vous souhaiteriez assister à cette séance.
What’s a “stripper” name? For that matter, what’s a high-class name? How do you tell the difference? Why does everyone call them “baby” names when they follow us through our whole lives? And can your name determine your destiny?
From a television screenwriter and contributor on the LaineyGossip.com blog comes a book about what names really mean, how we use them, and why they matter.
A child of Irish and Egyptian immigrants to Canada, Duana Taha became fascinated by names, not least because hers felt awkward at best and impossible at worst. She believed that names explained not only who you were, but where you came from and who you could be. She became a name nerd, and later a name snob, before settling into the role she was born to play—a Name Therapist, giving straight talk baby-and-grown-up-name advice to just about everyone.
In a romp through North American naming trends, traditions, and pop culture, Duana brings us the hilarious, insightful, and surprising truths about hipster names in Brooklyn and Malibu, and the most “intelligent” names at Harvard University; digs into the stereotypes about culture and class where names are concerned; and heads backstage to find out the stories behind those supposed stripper names. And if you don’t know what a Starbucks name is, Duana points out why you obviously never needed one. The Name Therapist’s explorations will help you understand your feelings about your own name, whether it’s one you share with millions (hi, Jennifer!), or one you grew up waiting in vain for the Romper Room host to say. Would you, by any other name, still be you?
Review
NATIONAL BESTSELLER
“After forty years, The Name Therapist helped me finally figure out why I monogram everything: because growing up I could never find a keychain with my name on it! With her inventively fresh observations, impressive wit, humour, charm, and sometimes harsh real talk, Duana Taha has totally convinced me that we are more than just our names. But that names are, actually, everything. I love this book.” —Elaine Lui, author of Listen to the Squawking Chicken
“So would a rose by any other name smell as sweet? Taha answers with a resounding no! The Name Therapist is both erudite and hilarious. It discusses the implications inherent in naming babies and the ways in which we discriminate against certain names. It answers questions you had as a child about all the Jennifers in the schoolyard and then asks, how do we really become who we are? It’s a rollicking fun read.” —Heather O’Neill, author of The Girl Who Was Saturday Night and Daydreams of Angels
“Marked at birth with a difficult-to-pronounce, gender-indeterminate, ethnically confusing name, I’ve navigated the world of Jennifers and Michaels looking for someone who gets it. Well, Duana Taha does. She writes with charm, wit, and warmth about something so everyday but also so essential—names—those endlessly complex combinations of letters that help us make sense of who we are and where we come from. This book is basically the Magna Carta for people with weird names.” —Elan Mastai, screenwriter of The F Word
“The Name Therapist makes it clear from the outset that this is a qualitative study, yet the interviews and anecdotes, from Ronit and Shelica to Karen and many Jennifers, left this skeptic reevaluating her entire life as a Jessica, then a Jessie and finally a Jess; monikers all chosen for me by others, which have unconsciously helped shape my identity.I’ve seen the light. But the most illuminating story is that of Duana’s. Her experiences, struggles and realizations regarding her own name are effortlessly weaved throughout forming a complete narrative that’s both entertaining and heady. And they are beautiful, particularly one from Grade 4 where her path as a fine writer may have been determined, thanks to her unusual name.” —Jessica Allen, digital correspondent for The Social and Metro columnist
“If you’ve struggled with naming a baby, a character, a cat or a condition, this book is an essential companion and a total delight. Duana Taha’s managed to write a smart, personal, trivia-stuffed (and kind of profound) treatise on why we pick the names we do, and how we’re affected by the ones we’re given. If there’s a name for when a book takes you completely by surprise with its warm, dishy cleverness, so much so, you have to read it in one sitting, that’s what happened to me.” —Lisa Gabriele is the author of Tempting Faith DiNapoli and The Almost Archer Sisters, and the S.E.C.R.E.T. trilogy under L. Marie Adeline, her nana’s name
“I had no idea I needed therapy until I read this book. Wonderfully informative, utterly charming, and laugh out loud funny, I would prescribe The Name Therapist to literally anyone with a name. Which is everyone. That’s how much I enjoyed it.” —Dan Levy, co-creator of Schitt’s Creek
“I’ve been fascinated by the fine art of nomenclature since I was a wee girl. I love Duana Taha’s unique, compelling take on why we choose certain names. It’s so much fun and would be a great gift for anyone, but especially parents-to-be.” —Sara Benincasa, comedian and author of DC Trip
“The magic of The Name Therapist lies in Duana’s genuine curiosity and love for the psychology of naming. Her unique experience and background elevate the material from baby name encyclopedia to a deeply personal meditation on the phrase ‘what’s in a name?’ Most impressive is her ability to romanticize even the most unlikely of monikers (Archibald, I’m looking at you!). There’s no judgment or condescension, just an infectious sense of wonderment!” —Lauren Felice Collins, actor in Degrassi: The Next Generation, former sufferer of Middle-Name Pain
“[The Name Therapist] is loaded with helpful advice. . . . Taha, a screenwriter and contributor to the website LaineyGossip, clearly knows of what she writes. . . . [B]lending personal autobiography with a measure of research and an abundance of anecdotal observation, [The Name Therapist] covers its topic from every conceivable angle. . . . Taha’s enthusiasm for her subject is palpable and even, at times, infectious.” —The Globe and Mail
About the Author
DUANA TAHA was an odd child with a large vocabulary and a small sense of when to stop talking. She wasn't allowed to watch much television, so she gorged on TV when her parents weren't looking and proceeded to become thoroughly and happily addicted to pop culture and social psychology, obsessing over the strange ways we humans live our lives. These days, Taha obsesses over fictional humans as a screenwriter on hit shows including Degrassi: The Next Generation, Lost Girl, and the upcoming Lost & Found Music Studios. She is a popular contributor to LaineyGossip.com, where she discusses television and feminism, and in her popular baby name column "Duana Names" is valiantly trying to bring back the name Bruno. Her opinions on name trends have appeared in TheNew York Observer, TheGlobe and Mail, and the Daily Mail. She has never met another Duana. The author lives in Toronto, Ontario.
18 мая в Оренбургском Государственном Педагогическом Университете я принял участие в II-ой Международной научно-практической конференция «Вопросы современной филологии в контексте взаимодействия языков и культур», организованной факультетом иностранных языков ОГПУ при поддержке ректората университета.
Пленарное заседание открыла декан факультета иностранных языков ОГПУ, доктор педагогических наук Т.В. Ежова. С приветственным словом к присутствующим обратилась ректор Университета доцент С.А. Алешина. Она подчеркнула, что подобная конференция впервые прошла в 2013 году, участники уже тогда отметили актуальность и значимость избранной темы. С докладами на пленарном заседании выступили заслуженный деятель науки РФ, доктор филологических наук, профессор кафедры иностранных языков ОГПУ Н.А. Шехтман; доктор культурологии, профессор кафедры английской филологии и межкультурной коммуникации Самарского государственного социально-педагогического университета М.А. Кулинич; доктор филологических наук, профессор кафедры языкознания и методики преподавания русского языка филологического факультета ОГПУ Е.Н. Бекасова; доктор филологических наук, доцент кафедры романо-германской филологии и методики преподавания иностранных языков факультета иностранных языков ОГПУ К.И. Симонов; доктор университета Париж 10, преподаватель иностранных языков Гимназии FES Lahr (Германия) Е. Шохенмайер.
Все доклады вызвали интерес участников конференции. Оживленные дискуссии возникли при обсуждении проблем успешности коммуникативных актов, вопросов адекватности и эквивалентности перевода научных текстов, становления литературных языков и смены лингвистических парадигм. Участники имели возможность также познакомиться с одним из современных направлений зарубежных исследований – прикладной ономастикой.
Подводя итоги пленарного заседания, проректор по научной работе А.Г. Иванова отметила большую значимость проведённого научного форума, способствующего установлению новых творческих связей и обмену научными идеями.
Конференция продолжила работу в стенах факультета иностранных языков ОГПУ.
Funding news and request for other news items The Academy of Finland has awarded €486,110 for a research project entitled: Personal Name systems in Finnic and beyond: reconstruction in the concepts of name giving in cultural layers of prehistory. The project is running from January 1st 2015 to August 31th 2019. (Principal Investigator: Terhi Ainiala). ICOS would like to share short reports on successful grant awards for onomastics projects. If you have any such news to share, please contact the Secretary of ICOS: secretary@icosweb.net.
ICOS wishes to establish closer links with organizations of scholars actively engaged in scholarly name research but also with other bodies of people having a special interest in proper names. ICOS members are invited to encourage these groups to affiliate with ICOS. If you wish your organization to affiliate with ICOS, please contact the Secretary: secretary@icosweb.net
On Friday, President Andrzej Duda signed a bill clearing the way for a removal of symbols commemorating the communist era in Poland. Photo: Flickr.com/gato-gato-gato Once the new legislation comes into force next year, some 1,300 street names associated with the country's red past will be removed. The authors of the legislation assure the citizens will able to keep their IDs and passports brandishing the unwanted street names until the documents expire. The new legislation, brought forward by Law and Justice senators, was nearly unanimously adopted by the Polish parliament in April. The law does not include monuments, obelisks or commemorative plaques. (aba)
Source: IAR - See more at: http://www.thenews.pl/1/9/Artykul/253694,Poland-set-to-remove-street-names-linked-to-communism#sthash.XcoI6vlU.74LDwBYZ.dpuf
At the welcomed initiative of Board members Emilia Aldrin and Alice Crook, ICOS is in process of establishing a student network, which will help to create excellent collaboration and exchange opportunities for young scholars in onomastics. The network will have a meet-up during the 2017 ICOS Congress and, once it is set up, students who wish to be involved will be able to contact Alice Crook (a.crook.1@research.gla.ac.uk), Postgraduate Representative, to send in their details (name, affiliation, e-‐‑mail address). More specific information is to come.
C’est la donnée numérique, extraite des registres de la toponymie du Québec, qui parle : en matière de mémoire collective, Jeanne Mance, pionnière de la Nouvelle-France et cofondatrice de Montréal, apparaît sur un nombre de rues supérieur à celles honorant la mémoire de René Lévesque ou d’Émile Nelligan : 30 voies de communication portent son nom, contre 23 et 21 pour les deux hommes qui la suivent de près.
Marguerite Bourgeoys, qui a posé les bases de l’enseignement du français à Montréal avec l’ouverture de la première école en 1658, se rappelle au bon souvenir du présent par une toponymie qui lui est plus favorable que pour Jean-Paul Riopelle, Henri Bourassa et même Robert Bourassa.
Malgré cela, à elles seules, ces deux femmes du passé n’arrivent pas à faire oublier que les 10 premières figures historiques s’illustrant le plus dans la toponymie, avec Champlain en tête, sont toutes des figures masculines qui se partagent un total de… 737 odonymes posés sur le territoire en leur honneur. Du rattrapage
Dans l’amnésie collective qu’elle semble exprimer, la toponymie du Québec a-t-elle emporté un peu plus la mémoire des femmes ? «En la matière, il y a certainement du rattrapage à faire», concède la géographe et membre de la Commission de toponymie du Québec Caroline Desbiens.
Elle souligne toutefois que, depuis les années 80, plusieurs composantes féminines du patrimoine québécois ont fait leur entrée dans cet espace narratif de commémoration par le toponyme.
C’est le cas, entre autres, de Thérèse Casgrain, politicienne et militante dont le nom revient 13 fois sur le territoire, suivie de Marie Gérin-Lajoie, religieuse et pionnière dans la défense du droit des femmes au Québec, d’Idola Saint-Jean, journaliste et suffragette, de Léa Roback, syndicaliste et féministe, ou encore de Madeleine Parent, dont le destin et celui des ouvrières du textile ont été scellés sur le territoire.
La part de l’autre «Il est très difficile de quantifier le nombre de femmes que la toponymie désigne», dit Jean-Pierre Le Blanc, qui rappelle que plusieurs noms de rue évoquent des prénoms féminins ou rappellent des activités liées à des femmes : l’allée des Infirmières, le boulevard des Allumettières et la rue des Cisterciennes en font partie. «La Commission, depuis plusieurs années, s’assure toutefois que les nouvelles désignations commémorent cette part de l’histoire politique, économique ou culturelle écrite également par des femmes.»
Les auteures Blanche Lamontagne, Jovette Bernier, Moïsette Olier ou encore Reine Malouin ont profité de cette volonté affichée de remblayer le trou de mémoire toponymique, tout comme les figures du monde de la santé Florence-Louise Bradford, qui a ouvert une maternité pour femmes seules à Sherbrooke en… 1915, ou encore l’institutrice militante Laure Gaudreault, qui a regroupé les enseignantes de rang dans un syndicat entre 1947 et 1975.
Plus récemment, c’est la mémoire de Claire Kirkland-Casgrain qui vient d’être honorée par Montréal : son nom va être posé sur l’immeuble de la Cour municipale, a indiqué Denis Coderre le 20 avril dernier.
La science négligée «Les femmes sont peu nombreuses, c’est vrai, mais dans cette toponymie normative, qui nomme surtout l’environnement plutôt que les humains qui l’occupent, elles ne sont pas les seules», souligne Rachel Bouvet, spécialiste en géopoétique, cette discipline qui rapproche géographie et littérature. Le premier scientifique qui apparaît dans les toponymes les plus répandus sur le territoire est le botaniste Marie-Victorin, en 330e position.
Et il y est bien seul, sans même un Armand Frappier pour l’aider à combler ce vide. Les sportifs, les bâtisseurs économiques, les poètes, les artistes — à l’exception de plusieurs peintres, dont Riopelle, Marc-Aurèle Fortin et Paul-Émile Borduas —, sont logés à la même enseigne, y compris ceux qui ont fait les beaux jours des cabarets de Montréal, qui ont posé les bases d’une poésie singulière ou les jalons de l’illustration et de la bande dessinée. Événements historiques «Il y a aussi très peu de rues portant des dates commémoratives ou faisant référence à des événements marquants de l’histoire et de la trajectoire du Québec», ajoute-t-elle. Une rue du 1er juillet 1867, du 24 Juin 1834, du 24 Juillet 1534, une avenue des Batailles de 1838 ou un boulevard du Rapatriement de la Constitution pourraient en faire partie.
Le sociologue Sylvain Paquette, membre de la Chaire UNESCO en paysage et environnement, observe tous ces vides avec philosophie. «La toponymie, ce n’est pas quelque chose de figé, c’est dynamique, ça peut être inventif, dit-il en y voyant là de l’espoir pour la suite des choses. Mais, pour cela, il faut bien sûr que les occupants d’un territoire s’intéressent de plus près à leur toponymie pour faire ressortir toute la singularité d’un lieu qui forcément ne peut que leur ressembler.»
Вчера, 19 мая, в АГУ открылась Х Международная научная конференция «Проблемы общей и региональной ономастики», посвященная юбилею доктора филологических наук профессора АГУ заслуженного деятеля науки Адыгеи и Кубани Розы Юсуфовны Намитоковой. Эта конференция, признанная научным сообществом одной из самых авторитетных в области ономастики, проводится раз в два года, начиная с 1998 г. За эти годы издано 9 сборников материалов (общее кол-во статей - около 900).
Конференция представляет собой публичную научную площадку с устоявшими традициями, отработанными механизмами сотрудничества. По традиции, в ней принимают участие ведущие ученые-филологи России и зарубежья.
Конференция ПОРО-2016 состоится с 19 по 21 мая 2016 года в г. Майкопе на базе филологического факультета АГУ.
Будут рассмотрены следующие вопросы:
1. Ономастика начала ХХ века - в кругу гуманитарных наук: аспекты и перспективы изучения региональной ономастики.
2. Собственные имена как памятники истории, культуры и контактов разных народов. Проблемы экологии топонимики, микротопонимики и урбанонимики. Роль имен собственных в организации туристической деятельности.
3. Ономастика и генеалогия: от истории рода – к истории народа.
4. Имя собственное в разных типах дискурса. Литературная ономастика. Имя собственное как объект лингвокриминалистики.
5. Имя в рекламе. Новые объекты ономастики.
6. Фольклорная ономастика народов Кавказа. Теонимы и мифонимы в северокавказских этнокультурах.
7. Онимообразование и его статус в словообразовательной системе языка.
8. Имя собственное как объект ономасиологии в русистике. Семантическая аура имени, прецедентное имя и имя как концепт.
9. Имя собственное как объект лексикографии: онимография и терминоонимография. Типы ономастических словарей .
10. Лингводидактические и педагогические аспекты ономастики: имя собственное как проблема семьи и школы; ономастика в учебном процессе и её лингвокультурологический и нравственно-образовательный потенциал.
Во время работы конференции будет организована работа круглого стола «Концепт Кавказ в российском лингвокультурном и массмедийном дискурсе».
The ANS is inviting abstract submissions for a special panel on “Onomastics Beyond Academia” for the 2017 annual conference to be held in conjunction with the Linguistic Society of America. The purpose of the panel is to highlight professional applications of onomastics outside of the university setting.
All professional names enthusiasts are invited to submit an abstract for a 20-minute presentation. Abstracts proposals should answer one or more of the following questions:
How did your training in onomastics help your professional life, outside of academia (e.g. finding a job or building your own business)?
How do you work with onomastic data in your profession?
What are some of the most interesting challenges which you (and your colleagues) face in using names data?
What new markets are opening for names enthusiasts?
What practical recommendations would you give to other names enthusiasts who are interested in working outside of academia?
To submit a proposal, simply send a 250-word abstract proposal and a 100-word professional biography to Laurel Sutton [laurel@catchwordbranding.com] by the 15th of July 2016. For organizational purposes, please be sure to include the phrase “ANS 2017: Panel” in the subject line of your email.
All proposals will be subjected to blind review. Official notification of proposal acceptances will be sent on or before September 30, 2015. All authors whose papers have been accepted must be current members of the ANS and need to register with both the ANS and the Linguistic Society of America. Please feel free to contact Laurel Sutton should you have any questions or concerns.
We look forward to receiving your Submission!
ICOS has a Facebook page as well as a LinkedIn group. Please contact the webmaster, Guy Puzey, if you would like to post announcements: webmaster@icosweb.net
ICOS is also present on Twitter: @ICOSnews. If you want to post comments on Twitter, you are kindly asked to contact Alice Crook at: a.crook.1@research.gla.ac.uk
The Terminology Group of ICOS has accomplished a lot of work since the Congress in Barcelona. Lists of onomastic terms are now available in English, French and German. The Group is planning to produce lists in many other languages. The lists in the languages mentioned above are available at: http://www.icosweb.net/index.php/terminology.html
The ICOS Board is pleased to announce the appointment of our distinguished colleague, Dr. Oliviu Felecan, to the position of Chair of the Bibliographical Database Group. The International Bibliography of Onomastic Sciences (IBOS) is an online resource created by members of ICOS. As an ongoing project, all members of ICOS are invited to be involved and to contribute. For more information about IBOS, please contact the Secretary of the Bibliography Group, Dr. Oliviu Felecan, at olifelecan@gmail.com or see the website: http://www.icosbibliography.net
The question of whether or not summaries should be produced in all three ICOS languages (English, German and French) in the Congress proceedings was widely discussed at the meeting of the ICOS Board held on August 29th, 2014. Overall, it was determined that it is for Congress proceedings editors to adopt their own linguistic policy. At its March meeting in Hanover in 2015, the ICOS Board supported a proposition from the editor of the ICOS Proceedings (Glasgow, 2014) to include in the proceedings, and with the consent of the authors, the abstracts from those papers that were presented at the Congress but not submitted for publication. Preparations for the publication of the 2014 Congress Proceedings are well under way. Proofs were sent to authors in January 2016, with the request that corrections be made promptly, as the editors aim to publish the Proceedings online by the summer of 2016.
The 2017 Congress will be hosted by the University of Debrecen (Hungary). During the meeting of the ICOS Board on March 6th and 7th 2015 in Hanover, Valéria Tóth outlined the guidelines of the Congress.
This information can be found in the following document: Application of the Institute of Hungarian Linguistics, University of Debrecen to organize the 26th ICOS International Congress of Onomastic Sciences. http://icosweb.net/tl_files/announcements/ICOS_2017_Debrecen.pdf
SNSBI 2016 Autumn day conference — Saturday October 15, 1000–1700
The SNSBI 2016 Autumn day conference on Names of north-east England and beyond will be held on Saturday 10th October 2015 at the Stephenson Suite in the Mining Institute, Newcastle upon Tyne (Neville Hall, Westgate Road, NE1 1SE).
The programme will include papers on place-names and personal names, with an emphasis on north-east England and southern Scotland. Speakers are:
Paul Cullen on locative surnames of Northumberland
Peter McClure on surnames like Northumbrian Surtees and Del Strother
Fiona Edmonds on Gaelic place-names and personal names in north-eastern England
Diana Whaley on the naming of Northumberland forts and castles
The day will begin with a brief introduction to the Mining Institute, and end with a walk around historic Newcastle led by Colm O'Brien. The Mining Institute is in Neville Hall, a Grade-II*-listed Victorian Gothic building 3 minutes walk from Newcastle Central Station. Please note that the venue is on the first floor, presently without lift.
The registration fee, including lunch, is £15 for members of SNSBI, SANT and Explore, £18 for non-members. Please book your place by 8th October by completing this form and sending it, with a cheque, to: Julia Stanbridge, 5 St Edwards Drive, Stow-on-the-Wold, GL54 1AW. The form can also be returned by email to treasurer at snsbi.org.uk. Payment can be made using Paypal below.
Please find below the Call for Papers for this year’s Henry Sweet Society colloquium, to be held at Pembroke College, Cambridge September 13-15, 2016. This year’s theme is Onomastics and its history, but as ever papers on any aspect of the history of linguistics are welcome. The deadline for abstracts is March 31st – to be sent to the organizer, Torsten Meissner.
ANNUAL COLLOQUIUM of the Henry Sweet Society for the
History of Linguistic ideas
Call for Papers
13-15
September 2016, Pembroke College, University of Cambridge
Papers are invited for the 2016 Annual Colloquium of
the Henry Sweet Society, on any aspect of the history of linguistics and
linguistic ideas. The particular focus this time will be on the study of
ONOMASTICS AND ITS HISTORY
Papers will be 20 minutes in length, followed by 10
minutes of discussion. Please submit abstracts (no more than 500 words) by 31
March 2016 for consideration by the Organising Committee to: Dr Torsten
Meißner, tm10012@cam.ac.uk.
We look forward to welcoming you in Cambridge next
September!
On May 10, 2016, there was a full house to attend the presentation of the second extended edition of "Encyclopedia of Bulgarian Onomastics" (2016) at the Centre for Bulgarian Onomastics of Veliko Tarnovo University. Their authors are Prof. Todor Balkanski from the Institute of Bulgarian Language (Sofia) and Prof. Kyril Tsankov from Veliko Tarnovo University of Cyril and Methodius, former director of the Center for Bulgarian Onomastics.
The presentation was attended by professors from six universities and institutes of Bulgaria and Poland, as well as by many students from the Veliko Tarnovo University.
The book was presented by the new Director of the Centre for Bulgarian Onomastics Assoc. Prof. Anelia Petkova. She showed achievements of the new edition of Encyclopedia and wished a lot of research to be carried out under the aegis of the Centre.
Professors Kyril Tsankov and Todor Balkanski told about the creative process of making Encyclopedia. After them Assoc. Prof. Maria Angelova Atanasova, former director of the Centre for Bulgarian onomastics, delivered her speech concerning the academic edition. Then Ludwig Selimski, Professor of Higher School for Marketing, Management and Foreign languages (Katowice, Poland), author of two reviews on the first edition, addressed the audience.
The first edition of the encyclopedia was published in 2010 and has been considered complete. The second edition has a volume of 576 pages.
Specially for e-Onomastics of Veliko Tarnovo, Bulgaria:
Pelo Mikhailov
Contacts and purchase the book:
Center of Bulgarian Onomastics "Prof.. Nikolay Kovachev "at Veliko Tarnovo University
e-mail: cbo_vtu@abv.bg
+ 359 62650993
Вчера, 10 май 2016 г., в Центъра по българска
ономастика на Великотърновския университет при препълнена зала се състоя
премиерата на второто разширено и допълнено издание на „Енциклопедия на
българската ономастика” (2016). Негови автори са проф. д.ф.н. Тодор Балкански
от Института за български език – София и проф. д-р Кирил Цанков от
Великотърновския университет „Свв. Кирил и Методий”, доскорошен директор на
Центъра по българска ономастика.
На премиерата присъстваха преподаватели
от шест университета и института в България и Полша, както и много студенти от
Великотърновския университет.
Книгата беше представена от новия
директор на Центъра по българска ономастика „Проф. Николай Ковачев” доц. д-р
Анелия Петкова. Тя разкри достиженията на новото издание на Енциклопедията и
пожела още много изследвания да излязат с клеймото на ЦБО.
Проф. Кирил Цанков и проф. Тодор
Балкански разказаха за творческия процес по създаването на Енциклопедията. След
двамата автори за книгата говори доц. д-р Мария Ангелова-Атанасова, бивш
директор на Центъра по българска ономастика. Енциклопедията излиза под нейната научна
редакция. Думата взе и проф. д-р хаб. Людвиг Селимски от Висша школа за
маркетинг-управление и чужди езици, Катовице – Полша, автор на две рецензии
върху първото издание на книгата.
Първото издание на енциклопедията е от
2010 година и отдавна е напълно изчерпано. Второто издание е на Университетско
издателство „Свв. Кирил и Методий” на Великотърновския университет, има обем от
576 страници и е подвързано с твърди корици.
Специално
за e-Onomasticsот Велико Търново, България:
Пело
Михайлов
За контакти и закупуване на книгата,
включително и от чужбина:
Център по българска ономастика „Проф.
Николай Ковачев” при Великотърновски университет
Rob Rentenaar war praktisch sein gesamtes Berufsleben lang mit dem P. J. Meertens-Instituut van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen in Amsterdam verbunden, in das er 1961 als studentischer Assistent eintritt, zunächst mit volkskundlichen Arbeiten betraut. Doch schnell wird er in die Abteilung „Namenkunde und Siedlungsgeschichte“ übernommen, der er 39 Jahre lang treu bleibt und aus der heraus er durch sein Wirken und seine Publikationen seinen Ruf als gewissenhafter und anregender Namenforscher im In- und Ausland begründet und festigt. Internationale Anerkennung erfährt Rob Rentenaar durch seine toponymische Dissertation über „Nachbenennungsnamen“ (Robert Rentenaar: Vernoemingsnamen. En onderzoek na de rol van de vernoeming in de nederlandse toponymie. 1. Aufl. Amsterdam 1984, 2. Aufl. Amsterdam 1985) und durch seine Arbeiten über die Namen an Küsten (Die litorale Toponymie Nordwesteuropas, in: Niederdeutsches Jahrbuch 114, 1991, 89-107). Im Internationalen Handbuch zur Onomastik Namenforschung (Berlin-New York 1995/1996) ist er mit drei umfangreichen Artikeln vertreten: Namenforschung in den Niederlanden und in Flandern (Bd. I, 52-62), Niederländische Namen (Bd. I, 778-781) und Namen im Sprachaustausch: Toponymische Nachbenennung (Bd. II, 1013-1018). Von 1996 bis 1999 war er Präsident des International Council of Onomastic Sciences (ICOS). In den letzten Jahren vor seinem Ausscheiden aus dem Meertens-Instituut im Jahr 2000 widmete sich Rentenaar auch zunehmend der Personennamenforschung, was u.a. in der unter seiner Anleitung entstandenen Dissertation von Doreen Gerritzen (Voornamen. Onderzoek naar een aantal aspecten van naamgeving in Nederland, Amsterdam 1998) zum Ausdruck kam. Leider musste er zugleich erfahren, wie die Namenforschung in seinem Institut wie in den Niederlanden überhaupt zunehmend an den Rand gedrängt wurde. Bei seiner Pensionierung gab es schon keine selbstständige Abteilung „Namenkunde“ mehr im Meertens-Instituut. Inzwischen musste auch die Zeitschrift Naamkunde, deren Redaktion er bis zum Jahr 2000 angehörte, ihr Erscheinen einstellen. 
Le 1 juin 2016, à quinze heures, se tiendra une première réunion commune et extraordinaire de la Société française d’héraldique et de sigillographie et de la Société française d’onomastique. Aprés une présentation par les présidents des deux sociétés, Michel Pastoureau et Michel Tamine, il y aura une conférence proposée par Nicolas Vernot, docteur en Histoire de l’EPHE, secrétaire général de l’AIH (Académie internationale d’héraldique) : Entre héraldique et onomastique, repenser les armoiries parlantes. 
La présentation
The network will have a meet-up during the 2017 ICOS Congress and, once it is set up, students who wish to be involved will be able to contact Alice Crook (a.crook.1@research.gla.ac.uk), Postgraduate Representative, to send in their details (name, affiliation, e-‐‑mail address). More specific information is to come.
To submit a proposal, simply send a 250-word abstract proposal and a 100-word professional biography to Laurel Sutton [laurel@catchwordbranding.com] by the 15th of July 2016. For organizational purposes, please be sure to include the phrase “ANS 2017: Panel” in the subject line of your email.
ICOS has a Facebook page as well as a LinkedIn group. Please contact the webmaster, Guy Puzey, if you would like to post announcements: webmaster@icosweb.net
